Met de bananenplant of dwergbanaan haal je de tropen gewoon in huis. Vruchten kun je er niet snel van plukken, maar de mooie, grote bladeren compenseren dat ruimschoots. Je kunt deze blikvanger ook een plekje geven op je terras of in de tuin voor een outdoor junglegevoel. Lees meer over de verzorging en soort van de bananenplant én over wat te doen bij hangende bladeren of bruine vlekken op het blad.

Bananenplant binnen brengt sfeer

Met zijn grote, groene bladeren is de bananenplant (Musa acuminata) echt een aanwinst in huis. Reserveer er een ruime plek voor, want deze junglekanjer groeit snel en kan zo’n 2 m hoog worden. Zorg er ook voor dat de bladeren de ruimte hebben. Doordat deze eveneens groot en zwaar zijn, kunnen ze scheuren als je er per ongeluk tegen aanloopt.

Bananenplanten zijn dorstig, geef ze dus veel water.

Als kamerplant is Musa een echte blikvanger.

Bananenplant soorten

De banaan (Musa) in de jungle wordt vaak ‘bananenboom’ genoemd vanwege zijn schijnstam in het midden. Die kan wel 3 m dik worden. De bladeren kunnen er uitgroeien tot 20 m. Toch zijn deze bananen ook gewoon planten, net als de dwergsoorten op de vensterbank. De meest voorkomende kamerplant in Nederland is dwergbanaan Musa acuminata ‘Dwarf Cavendish’ met kenmerkende paarsbruine vlekken op het blad. Ook fraai is de Musa ‘Tropicana’ met zijn egale, lichtgroene bladeren.

Een soort mét bananen

Er bestaan ongeveer 400 banaanrassen, maar de Cavendish is de belangrijkste eetbare banaan. Onze kamerplanten kunnen ook echt eetbare banaantjes ontwikkelen. Als ze het naar hun zin hebben, ontwikkelen ze na circa vier jaar eerst bloemen en dan vruchten. Zodra de banaantjes rijp zijn, sterft de moederplant af. Eten van de vruchten wordt overigens afgeraden als de planten niet biologisch zijn opgekweekt.

Het blad van bananenplant ‘Dwarf Cavendish’ heeft opvallende paarsbruine vlekken.

Herkomst van deze jungleplant

De bananenplant of Musa is een plant uit de familie Musaceae. Die heeft zijn roots in Zuidoost-Azië en werd er vermoedelijk al in de zesde eeuw voor Christus geteeld voor consumptie. Het maakt de banaan tot een van de oudste cultuurgewassen ter wereld. Een Amerikaanse ingenieur bracht in 1871 in Costa Rica de bananenproductie commercieel op gang.

Verzorging van de bananenplant

Een bananenplant heeft minimaal vijf uur per dag licht nodig, maar vermijd de brandende zon. Laat de plant na aankoop langzaam wennen aan zijn nieuwe plekje, ook om te voorkomen dat de bladeren verkleuren. Ontstaat er een gele gloed, dan krijgt de bananenplant teveel zon. De bananenplant is een dorstig type, vooral in de zomer. Geen wonder want hij bestaat voor tachtig procent uit water. Op warme dagen gaat de verdamping via de grote bladeren supersnel.

Geef de bananenplant veel ruimte in huis, want de bladeren groeien flink.

De bladeren van je bananenplant hangen

Als de bladeren van je bananenplant slap gaan hangen, dan staat de plant te warm en heeft hij dorst. Controleer dagelijks of de aarde nog vochtig genoeg aanvoelt, maar waak er ook voor dat de plant niet te nat staat. Dan zullen de wortels gaan rotten. Om water te sparen kun je de plant buiten zetten in een regenbuitje. Of vul je gieter met regenwater. Ook een regelmatige sproeibeurt vindt deze jungleplant fijn.

Bruine of gele bladeren, wat nu?

Spint is vaak een gevolg van droogte en ziet eruit als bruine stipjes en gele vlekken op de bladeren. Je kunt spint bestrijden met een natuurlijk middel. De bladeren van de bananenplant worden ook bruin als ze verouderen. Schrik dus niet als oude exemplaren een bruine rand krijgen. Ze verkleuren langzaam en sterven dan af. Vind je dit lelijk, dan kun je het 5 cm van de stam afknippen. In het hart van de plant ontrolt zich vanzelf weer nieuw blad.

Bananenplant verpotten

De bananenplant groeit hard, dus jaarlijks verpotten is een must. Het best doe je dit in de lente. Wortels die je dan eventueel beschadigt, herstellen dan sneller. Ook kun je de bananenplant direct na aankoop in een iets ruimere pot zetten. Gebruik daarbij universele, bemeste potgrond. Omdat de bananenplant hard groeit, geef je hem in de lente en zomer eens in de maand vloeibare plantenvoeding.

Als de bananenboom het naar zijn zin heeft, groeien er nieuwe plantjes naast de moederplant.

Jonkies naast de stam? Tijd om te stekken

Als de bananenplant het naar zijn zin heeft, maakt hij nieuwe uitlopers aan naast de stam. Laat deze niet te lang zitten; ze nemen water en voeding van de moederplant weg. Wil je meer bananenplanten in huis, probeer de jonkies dan groot te brengen. Zodra zich worteltjes  hebben gevormd, kun je ze voorzichtig losscheuren en oppotten. Plaats eventueel een plastic zakje over de stekjes voor een tropische start.

Oké, dit is in Nederland niet realistisch. Maar het geeft o zo’n fijne inspiratie om bij weg te dromen.

Bananenplant voor buiten

In de zomer kun je de bananenplant prima kwijt op je terras en zelfs in de tuin. Hij zal er goed van gaan groeien. Laat hem alleen ook hier voorzichtig wennen aan direct zonlicht en houd  het vochtpeil in de gaten. Verplaatst de plant in de loop van september weer naar binnen, als de temperatuur ’s nachts onder de 12 °C komt. Er zijn overigens ook winterharde bananenplanten voor de tuin verkrijgbaar. De Japanse vezelbanaan (Musa basjoo) bijvoorbeeld, die circa 2 m groot wordt.

Meer inspiratie opdoen over planten voor in huis? Lees meer over kamerplanten op Buitenleven.nl.

4.6/5 - (15)